@livewireStyle
header.home link

Winterkost beu? Top 5 wintergroenten (mét recepten)

Elke dag kool in de winter? Vergeet het. Ook al is het aanbod wat schaarser dan in de zomer, tijdens de gure maanden is er gerust nog keuze te over voor een gevarieerd menu. Je moet wel eens in de 'vergeten groentehoek' snuisteren, en die vergeten schatten aanvullen met bewaargroenten uit de herfst en enkele teelten die de vorst doorstaan. Wij moesten in ieder geval schrappen in het winteraanbod om ons te beperken tot een groenten top vijf.
20 januari 2015  – Laatste update 4 april 2020 16:22
Lees meer over:
Beeld: Flickr - JJ

 

Elke dag kool in de winter? Vergeet het. Ook al is het aanbod wat schaarser dan in de zomer, tijdens de gure maanden is er gerust nog keuze te over voor een gevarieerd menu. Je moet wel eens in de 'vergeten groentehoek' snuisteren, en die vergeten schatten aanvullen met bewaargroenten uit de herfst en enkele teelten die de vorst doorstaan. Wij moesten in ieder geval schrappen in het winteraanbod om ons te beperken tot een top vijf. Tips, weetjes en recepten.

 
 
1. Pastinaak

Met stip op nummer één in onze wintergroentetop: pastinaak. Deze witgele wortel krijgt namelijk pas zijn specifieke smaak als hij een tijdje de vrieskou heeft doorstaan. Zodoende is hij de hele winter vers van op het veld of uit de tuin beschikbaar. Gelukkig maar, want pastinaak kan je niet zo lang bewaren na de oogst. Als je hem in de groentelade van de koelkast legt in een geperforeerde plastieken zak, kan je hem 3 tot 4 dagen houden.

Pastinaak is familie van de gewone wortel, maar is wat zachter van structuur en smaakt iets zoeter en meer anijsachtig. Geroosterd smaakt hij zelfs een beetje naar gezoete hazelnoten. Jammie! Probeer zo’n geroosterde pastinaak eens uit in combinatie met een stoofpotje van konijn. Het recept vind je op Lekkervanbijons.be.
 
 
 
2. Raapjes

Met hun vrolijk gekleurde paarse of gele kopjes verjagen raapjes moeiteloos de winterblues. Het is nauwelijks te geloven dat ze in de vergeethoek van het groenterek zijn beland. Door de komst van de aardappel werden ze namelijk van ons menu geschrapt en (bijna) alleen nog maar gebruikt als veevoer. Een ovenschotel met zowel aardappel als raapjes en cheddar brengt misschien een einde aan de vete tussen beide knollen ;-). Je vindt het recept op de website van boerderij De Wassende Maan.

 

rapen_Flickr_Pat Kight.jpg

Beeld: Flickr - Pat Kight

 

Afhankelijk van het groeiseizoen onderscheiden we vroegrijpe meirapen en herfstrapen. Die laatste moeten geoogst worden voor de eerste vorst, maar kunnen goed bewaard worden op een donkere en koele (3-5 °C) plek. Om te voorkomen dat ze taai worden, bevochtig je ze ook best regelmatig met wat water. Zo kan je ze 2 tot 4 maanden bewaren, en ze dus nog een hele winter door eten. In puree, bijvoorbeeld. Of gestoomd. Of gefrituurd. Of opgevuld. Je merkt het, zo kunnen we nog even doorgaan. Let er wel altijd op dat de raapjes niet te lang garen, anders worden ze papperig.

 

 

3. Prei

Door de verschillende teelten en rassen is prei bijna het hele jaar door verkrijgbaar, maar in de winter smaakt een streepje groen extra goed. Winterprei heeft een grovere structuur dan zomerprei, en is hierdoor goed gewapend tegen de koude: pas bij uitzonderlijke vorstperiodes moet hij afgedekt worden. Je vindt hem op het veld van december tot maart. Dan wordt het de wintervariant te warm, en wordt er weer overgeschakeld op jonge zomerprei.

Hoewel telers proberen de prei zo veel mogelijk te aarden om het witte gedeelte uit te breiden, kan je het preigroen prima gebruiken. Lees er ons artikel 'Meer doen met preigroen' maar op na. Kies in de winkel dus gerust een exemplaar met een weelderige groene 'haardos'. Let er wel op dat de prei mooi gesloten is, en geen vlekken of droge bladeren vertoont. Een vers exemplaar blijft in de koelkast 1 tot 2 weken goed, winterprei kan zelfs 2 tot 3 maanden bewaard worden op een donkere, koele, vorstvrije plaats.

Hoe je prei ook bereidt, het is belangrijk hem steeds goed te spoelen. Tussen de dichte bladeren kan namelijk wel wat zand zitten. Snij hiervoor eerst de wortel en de verharde uiteinden van de groene bladeren weg, verwijder de buitenste bladeren en snij de prei over de hele lengte doormidden. Hou hem onder stromend water en wrijf goed tussen de bladeren. Dan kan je de prei versnijden en klaarmaken hoe je maar wil. Wij geven je alvast deze tip: preibeignets = gezond borrelhapje ;-). Het recept vind je op plantaardig.com.

 

 

4. Rodekool

Net als prei is ook rodekool het hele jaar rond te koop, maar oorspronkelijk werd ze in de herfst geteeld. Omdat ze moet geoogst worden voor de eerste vorst, richtte men zich vooral op rassen die goed bewaard konden worden tijdens de winter. Zeker voor de komst van de koelkast kon de kool door haar goede bewaarkwaliteiten uitgroeien tot populaire winterkost.

Een niet aangesneden, mooi gesloten kool kan tot twee maanden bewaard worden op een koele, maar vooral luchtige plaats. Een kelder is ideaal. Als je al een stuk van de kool gebruikt hebt, bewaar je de in plastiekfolie gewikkelde overschot beter in de koelkast, maar niet langer dan één dag. Je kan ze ook blancheren en invriezen, zo heb je altijd kant-en-klare porties bij de hand. Handig!
 

rode kool_Flickr_Saaleha Bamjee.jpg
Beeld: Flickr - Saleeha Bamjee

 

Over hét ultieme recept gaan we ons niet uitspreken. Iedere hobbykok heeft namelijk zo zijn eigen geheime ingrediënten om rodekool op tafel te toveren. Ok, misschien kunnen we wel verklappen dat er sowieso vaak appels, laurier of tijm en een stukje kaneel ingaan. Maar waarom zouden we niet eens iets origineler proberen? Rodekool smaakt rauw bijvoorbeeld ook super in een slaatje. En slaatjes, die doen denken aan de lente, nietwaar? Daarom: een superlekkere zuur-zoete rodekoolsalade met veenbessen van EVA.

 

 

5. Knolselder

Deze kruidige dikkerd heeft maar liefst 200 dagen nodig om zijn gewenste omvang te bereiken en wordt dan ook vroeg op het jaar geplant, zodat hij in het najaar, voor de eerste vorst, geoogst kan worden. Vroeger werd hij daarna ingekuild, maar vandaag wordt hij herplant in een serre om de winter door te komen.

Hoewel vooral de wortelknol gegeten wordt, hebben ook de bladeren een lekker aroma. Soms worden de knollen dan ook met het loof eraan vast verkocht. Let er dan op dat de bladeren frisgroen zijn. De knollen zelf moeten stevig en droog aanvoelen. Klop er ook eens op om te controleren of hij niet hol is. De grootste exemplaren laat je trouwens beter links liggen, want die kunnen houterig zijn.
 
Op een koele plaats is de kanjer zeker enkele weken houdbaar. Je hebt dus na aankoop nog even tijd om te beslissen wat je ermee gaat doen. Koken, stoven, pureren, er soep van maken: alles is mogelijk. Extra tip: sprenkel wat citroensap over de gesneden partjes, zodat ze niet bruin kleuren. Vergeet het kruidige aroma niet te onderstrepen met wat extra kruiding. Vooral koriander, oregano en venkelzaad zijn a match made in heaven met knolselder. Deze zuiderse ovenschotel met kabeljauw en spaghetti van knolselderij doet alvast denken aan warmere tijden ;-).

 

Hoe zou jouw top vijf eruit zien? En maak je dan knusse winterkost, of verwerk je die winterse groenten in frisse slaatjes die je al enkele maanden verder in de tijd brengen?

Gerelateerde artikels