@livewireStyle
header.home link

Gespot in de boomgaard: feromoonvallen

Men vangt meer vliegen met honing dan met azijn. Dat is zeker waar, maar je vangt nóg meer insecten met feromonen. Daarom hangen fruittelers alsmaar vaker feromoonvallen in hun boomgaarden. Die vervangen stilaan de chemische gewasbescherming die, vaak noodzakelijkerwijs, gebruikt wordt om de oogst te beschermen tegen allerlei schadelijke insecten. Benieuwd hoe die nieuwe techniek werkt? Lees dan snel verder, want wij doen het voor jou uit de doeken.
30 juli 2014  – Laatste update 4 april 2020 16:21
Beeld: Slaunger

 

Men vangt meer vliegen met honing dan met azijn. Dat is zeker waar, maar je vangt nóg meer insecten met feromonen. Daarom hangen fruittelers alsmaar vaker feromoonvallen in hun boomgaarden. Die vervangen stilaan de chemische gewasbescherming die, vaak noodzakelijkerwijs, gebruikt wordt om de oogst te beschermen tegen allerlei schadelijke insecten. Benieuwd hoe die nieuwe techniek werkt? Lees dan snel verder, want wij doen het voor jou uit de doeken.

 

Chemische conversaties

De meest bekende vorm van communicatie is met geluid. Op de tweede plaats komt lichaamstaal. Maar wist je dat mens en dier ook onbewust met geur kunnen communiceren? Levende organismen scheiden namelijk feromonen af, dit zijn geurstoffen die een boodschap overbrengen op leden van dezelfde soort.

Feromonen kunnen over allerlei zaken info geven. Zo zijn er onder meer alarmferomonen, voedselferomonen en seksferomonen. Hoe lager de diersoort, hoe meer types feromonen er gebruikt worden. Mensen zijn bijvoorbeeld beperkt tot seks- of voortplantingsferomonen, terwijl insecten een heel arsenaal ter beschikking hebben. Logisch, want insecten beschikken ook enkel over hun feromonen om te communiceren.

 

Val(s) spelen

Insecten zijn dus ook afhankelijk van die chemische conversaties voor hun voortplanting. Mannetjesinsecten kunnen namelijk enkel vrouwtjes vinden als die seksferomonen afscheiden. Wie de voortplanting van schadelijke insecten in zijn boomgaard wil tegengaan, kan daarom gebruik maken van feromoonvallen om mannetjes te vangen of te misleiden.

Hiervoor worden de seksferomonen van vrouwtjes in een labo nagemaakt. Die synthetische feromonen worden dan opgeslagen in een capsule, die als lokmiddel in een reguliere val wordt geplaatst. De mannetjes worden door de valse feromonen aangetrokken en vliegen in de val.

Men kan de mannetjes ook verwarren, zonder ze te vangen. Het is bijvoorbeeld mogelijk om ze naar een poeder te lokken dat vrouwelijke seksferomonen bevat. Eens het poeder aan hen kleeft, zullen mannetjes achter elkaar aan gaan, zodat ook hierdoor de voortplanting verstoord wordt. Of men kan overvloedig feromonen verspreiden, zodat mannetjes niet meer in staat zijn de bron te lokaliseren, en dus ook de vrouwelijke insecten niet meer kunnen vinden.

 

Soort zoekt soort

De feromooncapsule wordt in een reguliere val bevestigd. Afhankelijk van het soort beestje dat men wil vangen, kiest men voor een ander soort val. Voor de pruimen- of fruitmot wordt bijvoorbeeld een deltaval gebruikt met lijm aan de wanden. De paardenkastanjemineermot wordt dan weer gevangen met een fuikval. Die bestaat uit een vergaarbak met daarin een trechter en erboven een deksel. Er wordt een feromonencapsule bevestigd aan het deksel zodat insecten er gaan onder vliegen. Als ze uitgeput raken, vallen ze via de trechter in de emmer, waar ze dan niet meer uit geraken en sterven.

 

fuikval_biogroei.jpg

Beeld: Biogroei

 

De vallen worden opgehangen vlak voor de eerste vlucht van de insecten, waarbij ze hun eerste kans hebben om te paren. Ook dit verschilt van soort tot soort, al schommelt de periode vaak rond april-mei. De werkzame periode van een feromooncapsule is afgestemd op de duur van de vluchtperiode van het te vangen insect. Als het schadelijke beestje in kwestie nog een tweede vluchtperiode heeft later op het jaar, gaan de capsules meestal ook tot dan mee.

 

Geduld is een schone deugd

Let wel op, feromoonvallen roeien een schadelijke soort niet onmiddellijk uit. Zij verstoren vooral de voortplanting. Er zullen vanaf het eerste jaar al minder vrouwtjes bevrucht raken waardoor die minder eitjes leggen, zodat de oogst toch al deels beschermd is voor hongerige rupsen en larven. De werking van feromoonvallen moet echter op lange termijn bekeken worden. Elk jaar wordt de voortplanting opnieuw verstoord, zodat er het jaar daarop steeds minder schadelijke insecten zullen zijn.

Elk jaar zal je dus ook minder insecten vangen en op de duur zal je enkel nog met een klein aantal vallen in de gaten moeten houden hoe groot de populatie van een schadelijke soort in je boomgaard is. Vanaf het moment dat je opnieuw meer exemplaren begint te vangen, moet je het aantal vallen verhogen. Als je meer dan 20 à 30 insecten per val vangt, zoals in het eerste jaar kan voorvallen, kan het zelfs zijn dat je een jaartje zal moeten corrigeren met chemische gewasbescherming. Dat doet een echte Veldverkenner uiteraard liever niet, maar heel soms breekt nood helaas wet.


 

Gerelateerde artikels