@livewireStyle
header.home link

Minder mest gebruikt in stagnerende biogassector

De productie van groene stroom door Vlaamse biogasinstallaties blijft nagenoeg constant ten opzichte van 2021, op 748 GWh elektriciteit. Het aandeel in de totale groene stroomproductie in Vlaanderen neemt af van 8 naar 7 procent. Dat komt door de stijging in stroom opgewekt via wind en zon. Reden van de stagnatie? “Investeringsonzekerheid door wispelturig beleid rond onder andere stikstof”, reageert Tine Vergote, coördinator van Biogas-E. Uit de periodieke rapportages blijkt ook dat mest steeds minder als grondstof wordt ingezet.

10 oktober 2023  – Laatst bijgewerkt om 11 oktober 2023 8:17 Jerom Rozendaal
Lees meer over:
pocketvergister-stikstofstripper-biogasinstallatie-biolectric-1250

Biogas wordt geproduceerd door een diverse groep van bacteriën die in een zuurstofarme omgeving organisch materiaal omzetten in methaan en koolstofdioxide. Jaarlijks verwerkt de biogassector in Vlaanderen tussen de twee en drie miljoen ton organische (afval)stromen, afkomstig van de landbouw, voedingsindustrie, huishoudens en waterzuivering. Het geproduceerde biogas wordt bijna uitsluitend benut in een warmtekrachtkoppeling, wat resulteert in de terugwinning van zowel groene stroom als groene warmte.

Vlaanderen telt 138 groot- en kleinschalige biogasinstallaties, zo blijkt uit het recente gepubliceerde rapport ‘De Vlaamse biogassector in 2022’ door Biogas-E, het sectorplatform voor anaerobe vergisting in Vlaanderen. De groene energieproductie van vergisters is daarmee nagenoeg gelijk aan die van 2021. De opgewekte warmte uit biogas maakt naar inschatting 8 procent uit van de totale opgewekte groene warmte in Vlaanderen, de opgewekte stroom 7 procent. Enkele jaren geleden was dat laatste aandeel nog 9 procent.

Biogas-E, dat opmerkt dat biogas een blijvende waarde houdt in de Vlaamse hernieuwbare energiemix, verklaart deze relatieve teruggang in groene stroom uit vergisting onder andere door het groeiende aantal windmolens en zonnepanelen in Vlaanderen. Het valt niet uit te sluiten dat het aandeel de volgende jaren verder zal dalen. Terwijl de windmolens en vooral ook zonnepalenen als paddenstoelen uit de grond schieten, blijft het aantal biovergistingsinstallaties nagenoeg stabiel.

Vlaanderen telde in 2022 55 actieve pocketvergisters. Dat zijn er twee meer dan het jaar ervoor. De initieel verwachte groei lag veel hoger.

Tine Vergote - Coördinator Biogas-E
pocketvergister-biogasinstallatie-biolectric-1250

Stikstofarrest fnuikt toename vergisters

Dat heeft volgens Biogas-E onder meer te maken met de onzekerheid door wispelturig beleid rond de jaarlijkse actualisatie van de bandingfactoren, meeropbrengstbelasting, verstrengde duurzaamheidscriteria en het uitblijven van een kader voor de beoordeling van de stikstofuitstoot bij vergunningen. ”Sinds het stikstofarrest worden er nagenoeg geen vergunningen meer uitgereikt”, vertelt Tine Vergote, coördinator van Biogas-E. Symbolisch hiervoor is de gematigde opmars van pocketvergisters op landbouwbedrijven. In totaal telde Vlaanderen in 2022 55 actieve pocketvergisters, wat er twee meer zijn dan het jaar ervoor. “De initieel verwachte groei lag veel hoger.”

Deze kleinschalige vergisters hebben een beperkte rol in de totale energieopwekking door anaerobe vergisting. Zo werd er 3 GWh stroom opgewekt door deze vergisters (cijfer VEKA), tegenover 670 GWh door de grootschalige agro-industriële vergisters (> 200 kWe). Toch valt hun belang inzake lokale energievoorziening en emissiereductie niet te onderschatten. “Via verschillende kanalen horen we dat er wel degelijk een grote interesse is voor deze technologie bij landbouwers, maar dat het vergunningenkader een hindernis is.”

Biogas-E betreurt deze impasse, vooral omdat biogasinstallaties juist een belangrijke rol zouden kunnen spelen bij het realiseren van emissiereducties. “Rekening houdend met de volledige keten kan anaerobe vergisting met nageschakelde digestaatbehandeling leiden tot een daling in stikstofemissie. Verder worden hoogwaardige producten gecreëerd in de vorm van biogas en mogelijke kunstmestvervangers”, vertelt Vergote. Hoewel Europa volgens haar bijkomend ook de positieve invloed van deze state-of-the-art technieken op CO2-emissies steeds meer erkent, stuiten bedrijven in Vlaanderen die mest willen vergisten op vandaag vaak op een muur.

Niet alleen bemoeilijkt de stikstofimpasse vergunningverlening, tevens merkt Biogas-E op dat sommige (bestaande) verwerkers geleidelijk afstappen van het gebruik van mest door een resem aan strikte voorschriften. Dat blijkt ook uit de OT-rapporten van het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA). De relatieve input van mest in agro-industriële vergisters neemt af van 29 procent in 2020 tot 25 procent in het laatste rapport.

Vierde biomethaaninstallatie opent deuren

Naast stikstof zijn er ook andere trends die de ontwikkelingen in anaerobe vergisting beïnvloeden. Door de hoge energieprijzen naar aanleiding van de oorlog in Oekraïne is biomethaan bijvoorbeeld meer op de radar komen te staan. Ontwikkeling van biomethaanproductie wordt vanuit Europa gestimuleerd wegens de belangrijke bijdrage aan de energiezekerheid. Met een biomethaandoelstelling van 35 miljard kubieke meter beoogt het Europese REPowerEU-plan bijvoorbeeld een versnelde onafhankelijkheid van fossiele brandstoffen. “Dit eerste Europese biomethaantarget onderstreept de urgentie van bijkomende investeringen in biomethaanprojecten”, stelt Vergote die opmerkt dat ook deze Europese ambitie niet doorgetrokken wordt naar Vlaanderen.

In het geval van biomethaanproductie wordt het biogas opgezuiverd tot een methaanconcentratie van meer dan 97 procent, en bijvoorbeeld in het gasnet geïnjecteerd. Na de recente opstart van een nieuwe installatie in Ieper telt ons land vier biomethaaninstallaties. In 2022 produceerden de toen drie biomethaaninstallaties samen 10 GWh aan biomethaan. Biogas-E geeft aan dat er ook bij deze installaties behoefte is aan een langetermijnkader op Vlaams niveau. “De wil om te investeren en nieuwe innovatieve paden te bewandelen blijft aanwezig, maar een steeds veranderend klimaat maakt navigatie allerminst evident. Dat werd tijdens de afgelopen editie van het Vlaams Bio-Energieforum ook bevestigd”, stelt Tine Vergote.

Van alle vergistbare stromen in Vlaanderen wordt vandaag slechts 16 procent benut. De Vlaamse ambitie mag én kan groter, mits een stabiele langetermijnvisie voor biogas en biomethaan.

Tine Vergote - Coördinator Biogas-E

Hoewel juridische onzekerheid de ontwikkeling van vergistingsinstallaties remt, blijft de biogassector wel boven het productiepad van het recent geactualiseerde (ontwerp) Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030. In dat plan wordt uitgegaan van een stabilisatie in stroomproductie tot 2030, omdat installaties met einde levensduur gedeeltelijk worden gecompenseerd door bijkomende installaties voor de vergisting van GFT en bijkomende pocketvergisters in de landbouwsector. “Ook wordt ervan uitgegaan dat een groot deel van het huidig binnenlands potentieel op vandaag reeds is ingevuld”, verklaart Biogas-E.

Een recente studie waar het kennisplatform aan meewerkte, spreekt echter van een maximaal productiepotentieel van 6,3 TWh Vlaams biogas uit beschikbare lokale dierlijke mest, oogstresten, organisch biologisch afval, gemeentelijk afval en energiegewassen. “Van al deze vergistbare stromen in Vlaanderen wordt vandaag slechts 16 procent benut”, klinkt het. Een betere valorisatie van biomassa(rest)stromen afkomstig van de landbouw is volgens Vergote een driver voor de verdere ontwikkeling van de sector, “omdat deze meer dan 70 procent van het potentieel uitmaken.” Biogas-E constateert op basis hiervan dat de Vlaamse ambitie “groter mag én kan, mits de nodige erkenning en een stabiele langetermijnvisie voor biogas en biomethaan.”

Gerelateerde artikels